Ga naar de inhoud

Belangenbehartiging

Het KNGF heeft een heldere mening over alles wat met fysiotherapie en de positie van fysiotherapeuten te maken heeft. Daarom verwoorden we onze standpunten zo duidelijk mogelijk. Onze belangenbehartigers en voorlichters lichten ze graag toe.

De lobby van het KNGF

Het KNGF behartigt ook de belangen van de fysiotherapie bij de politiek. Wij vertellen de leden van de Tweede en Eerste Kamer hoe waardevol fysiotherapie is voor patiënten en brengen Kamerleden in contact met de dagelijkse praktijk van fysiotherapeuten. We laten zien dat optimale inzet van fysiotherapie de zorg beter en doelmatiger maakt. Ons streven is een volwaardige positie van de fysiotherapeut in het zorgstelsel, zodat iedereen die dat nodig heeft een beroep kan doen op goede beweegzorg. Want mensen die zich goed en gezond voelen kunnen beter functioneren in (vrijwilligers)werk, vrije tijd en de thuissituatie. Ze leveren de samenleving heel veel op. Dat is iedere euro die we investeren in fysiotherapie meer dan waard.

Onze standpunten

De toekomstvisie voor de eerstelijnszorg sluit naadloos aan bij de visie van het KNGF op de toekomst van fysiotherapie.

Vijftien organisaties, waaronder artsen, paramedici, Zorgverzekeraars Nederland (ZN), Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het ministerie van Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), hebben hun Visie Eerstelijnszorg 2030 vastgesteld. Het KNGF heeft hieraan bijgedragen met input van leden tijdens bijeenkomsten in 2023 en een consultatieronde in januari 2024. De definitieve versie is samengesteld met behulp van deze waardevolle input, de beroepsverenigingen van het KNGF en het Consilium waren nauw betrokken.

De Visie Eerstelijnszorg 2030 streeft ernaar om gepersonaliseerde zorg te bieden die de kwaliteit van leven verbetert door betere samenwerking in wijken en dorpen. Eerstelijnszorgverleners kunnen zich meer richten op hun kerntaken, wat leidt tot meer werkplezier en een betere verbinding met het sociaal domein. Zorgverzekeraars moeten hierbij zorgen voor een sterke eerstelijnszorg.

De eerste effecten zijn zichtbaar, met regionale samenwerkingsverbanden die subsidies ontvangen om hun positie te versterken. Landelijk is afgesproken dat niet alle zorg bij de huisarts blijft, maar dat ook andere zorgverleners, zoals fysiotherapeuten, een grotere rol krijgen. Tegen 2026 moeten multidisciplinaire regionale eerstelijnssamenwerkingsverbanden operationeel zijn, waar diverse zorgdisciplines samenwerken. Dit heeft ook gevolgen voor fysiotherapeuten, die via deze organisaties aanspraak kunnen maken op structurele financiering voor zorgorganisatie.

Het KNGF wil werken aan goede én betaalbare zorg. De fysiotherapeut levert kwaliteit en bespaart (zorg)kosten.

De fysiotherapeut kan belastende en dure ingrepen bij de medisch specialist voorkomen (substitutie van zorg); of een patiënt ondersteunen voor, tijdens en na de operatie zodat hij een operatie in betere conditie doorstaat en daardoor eerder weer op de been is (prehabilitatie of stepped care). Daardoor participeert iemand bijvoorbeeld sneller weer in het arbeidsproces of is ook op hogere leeftijd langer zelfstandig. Met de toenemende vergrijzing en oplopende zorgkosten is het belangrijk om zicht te krijgen op manieren om de zorg betaalbaar te houden. Onafhankelijke onderzoekers deden in 2021 een uitgebreide literatuurstudie naar de effectiviteit van fysiotherapie en de kostenbesparende effecten (Ecorys / Equalis). Daaruit blijkt dat bij 27 van de in totaal 39 onderzochte aandoeningen veel positief bewijs bestaat voor de effectiviteit van fysiotherapie. Bij zeven van deze aandoeningen (artrose knie, claudicatio intermittens, ziekte van Parkinson, hartfalen, chronische nekpijn, degeneratief meniscusletsel en voorste kruisbandruptuur) zijn er ook aanwijzingen voor kosteneffectiviteit. Dat biedt een goede basis om met behulp van fysiotherapie substitutie van zorg in de tweede lijn tot stand te brengen.

Het KNGF is voorstander van een alternatief voor de huidige DCSPH-lijst, die voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • Patiëntencategorieën die goed herkenbaar zijn voor de fysiotherapeut en aansluiten bij de e International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) of de classificaties in de richtlijnen, zodat de registratie beter bruikbaar is voor kwaliteitsverbetering en onderzoek.
  • Inzicht in doelmatigheid van de behandeling
  • Afleiding van de basisverzekering
  • Beperking van de administratieve lasten.

Sinds 2019 is er een uniforme DCSPH-lijst, die door alle verzekeraars gelijk wordt toegepast. Uitgangspunt is dat de klacht van de patiënt de code bepaalt. Onderdeel van de afspraken is dat verzekeraars geen codes dichtzetten die bij andere verzekeraars openstaan. Het gebruik van de DCSPH moet eenduidig zijn.

Het KNGF heeft in 2021/22 samen met Paramedisch Platform Nederland (PPN), ZN en VWS een haalbaarheidsstudie laten uitvoeren naar een modern alternatief voor de DCSPH. Ook de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en het Zorginstituut Nederland (ZiNL) zijn daarbij betrokken. Het advies van bureau Equalis was om als toekomstbestendig alternatief voor het vastleggen van de pathologie en locatie van patiënten te kiezen voor het ‘medisch woordenboek’ SNOMED. Dit sluit aan bij het landelijke beleid van VWS om waar nuttig, patiëntgegevens gestructureerd vast te leggen met SNOMED. De paramedische beroepsgroepen voeren daarom samen met het terminologiecentrum van Nictiz een pilot uit om aandoeningen en locaties uniform te classificeren met SNOMED. Daarbij worden experts uit de achterban opgeleid om met SNOMED om te gaan. 

Het KNGF wil een versnelling op het gebied van (betere) digitale gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders en met de patiënt.

Met slimme ICT kunnen we de fysiotherapie efficiënter, veiliger en patiëntvriendelijker maken. Patiënten verwachten dat zorgverleners relevante gezondheidsinformatie met elkaar uitwisselen als zij daarvoor toestemming hebben geven. Patiënten willen ook meer regie en meer mogelijkheid voor interactie in hun persoonlijke gezondheidsomgeving (pgo). Regionale innovatie op dit terrein zonder coördinatie en standaardisatie leidt tot problemen bij landelijke opschaling. De KNGF-visie op digitalisering heeft de volgende uitgangspunten en ambities:

Uitgangspunten:

  • ICT ontzorgt de fysiotherapeut, en beperkt dus de administratieve last.
  • De regie voor het gebruik van medische gegevens ligt bij de patiënt.
  • Veilig en wettig.
  • Landelijke kwaliteitsregistratie voor fysiotherapie.

Ambities:

  • Efficiëntere communicatie van fysiotherapeuten met elkaar en met andere beroepsgroepen, doordat zij dezelfde taal gebruiken.
  • Veiliger fysiotherapie, doordat fysiotherapeuten kunnen beschikken over een actueel en compleet overzicht van de patiënt.
  • Fysiotherapeuten zijn bij de tijd doordat zij elektronisch inzage en een elektronisch afschrift van het patiëntendossier aanbieden aan de patiënt, conform de wettelijke verplichting per 1 juli 2020.
  • Een Programma Gegevensuitwisseling Paramedie om deze ambities in de praktijk te brengen.

Het KNGF is voorstander van de mogelijkheden die e-Health-toepassingen kunnen bieden aan de patiënt en de fysiotherapeut. E-health kan niet gezien worden als 1-op-1 vervanging van de reguliere zitting fysiotherapie, maar meer als onderdeel van blended care. E-health biedt volop kansen voor fysiotherapeuten om hun service/bereikbaarheid te verbeteren, de kwaliteit van zorg te optimaliseren en zorg op een meer efficiënte manier te organiseren.

Het KNGF steunt de beweging naar passende zorg. Juist fysiotherapeuten werken nu al multidisciplinair samen met een focus op meer zelfredzaamheid, gezondheid en een gezonde leefstijl en het voorkomen van duurdere zorg in de tweede lijn.

Het KNGF vindt dat het tijd is om de mooie woorden en de goede bedoelingen over passende zorg om te zetten in daden. Nederland vergrijst en de zorgvraag stijgt. Dat gaat gepaard met extra uitgaven aan zorg. Op de langere termijn is dat niet houdbaar. Nu wenden te veel mensen zich noodgedwongen tot de medisch specialist voor dure maar vooral ook belastende ingrepen. Ingrepen die worden vergoed uit het basispakket, terwijl een even effectieve behandeling bij de fysiotherapeut of oefentherapeut voor eigen rekening komt. Te veel mensen met een aandoening worden in hun functioneren beperkt omdat fysiotherapie onvoldoende wordt vergoed. Dit terwijl deze interventies bewezen effectief zijn. Daarmee doen we patiënten tekort en maken we de zorg onnodig duur.

Het KNGF is niet tegen selectieve inkoop door zorgverzekeraars, wanneer dat gebeurt op basis van criteria en kwaliteitseisen die door de beroepsgroep zijn opgesteld (zoals scholing, behandelvolume, deelname aan een netwerk, indicatoren, et cetera). Het KNGF vindt het ongewenst als goed gekwalificeerde fysiotherapeuten worden uitgesloten omdat zij geen lid zijn van een gesloten netwerk.

Het stimuleren van de patiënt om te kiezen voor fysiotherapeuten in een bepaald netwerk moet mogelijk zijn door daar transparant over te zijn; het uitsluiten van andere fysiotherapeuten die even goed gekwalificeerd zijn, kan niet. Dit komt passende zorg niet ten goede. Uitgangspunt moet zijn: iedere fysiotherapeut die bekwaam is voor bepaalde zorg, is ook bevoegd.

Het KNGF vindt het meten van patiënttevredenheid een belangrijk onderdeel van kwaliteit. De PREM-uitkomst (Patient Reported Experience Measures) mag daarbij geen afrekeninstrument van verzekeraars zijn en het verzamelen van een PREM mag in tijd en geld geen (grote) administratieve last vormen voor fysiotherapeuten.

Fysiotherapeuten kunnen ervaringen van patiënten goed gebruiken om van te leren en om de zorg te verbeteren. Voorwaarde hiervoor is dat de uitkomsten in een veilige omgeving gebruikt worden, maar wel transparant zijn voor patiënten. Het KNGF is vóór transparantie over een valide PREM als onderdeel van een kwaliteitssysteem. De uniforme PREM paramedie 3.0 is het goed gevalideerde instrument om de patiëntervaring te meten. Fysiotherapeuten laten de PREM-meting methodologisch verantwoord uitvoeren zodat de uitkomst een representatief beeld geeft van de ervaringen van de patiënten in de praktijk.

Het KNGF staat op het standpunt dat de fysiotherapeut niet alleen zorgvragen behandelt maar ook proactief werkt aan preventie en gezondheidsbevordering, samen met anderen. Met preventie doelen wij op geïndiceerde en zorggerelateerde preventie gericht op het individu (beperken van meer gezondheidsschade).

Immers: bijna een kwart van de Nederlanders leidt aan een chronische aandoening. Dit percentage zal de komende jaren toenemen. Om chronische aandoeningen te voorkomen of om een gunstiger verloop te bevorderen, is bewegen van essentieel belang. Daarop moeten we onze samenleving en de zorg inrichten. Fysiotherapeuten zijn gespecialiseerd in het begeleiden van mensen om te bewegen, rekening houdend met aandoening(en), de belastbaarheid en de klachten en symptomen.

Eind 2023 hebben 1.030 fysiotherapeuten in Vektis de kwalificatie ‘leefstijlcoaching’ achter hun naam en mogen ze onder andere de Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI) voor volwassenen aanbieden. Hiermee helpen zij in hun rol als ‘gezondheidsbevoorderaar’ op een coachende manier burgers bij het aannemen van een actieve en gezonde leefstijl.

Het KNGF is voorstander van het verhogen van de organisatiegraad van fysiotherapeuten in de regio. Het KNGF helpt samenwerkingsverbanden op te richten, ondersteunt bestaande samenwerkingsverbanden in hun ontwikkeling en faciliteert samenwerking met andere stakeholders in de regio. Eind 2021 zijn er 65 formele samenwerkingsverbanden in de fysiotherapie, waarvan een deel multidisciplinair.

In het kader van de juiste zorg op de juiste plek versterkt het KNGF de positie van de fysiotherapeuten in de regio. Daarvoor ondersteunt het KNGF fysiotherapeuten actief om de organisatiegraad in de regio te vergroten. Met organisatiegraad bedoelen we dat zorgverleners mono- of multidisciplinair georganiseerd zijn en samen een eenheid vormen. Een eenheid waar men elkaar kent, met elkaar in contact staat en van elkaar weet wat men doet en waar ieders expertise ligt. Dankzij een betere organisatiegraad kunnen fysiotherapeuten en andere zorgaanbieders elkaar versterken en complementair werken. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om als gesprekspartner te fungeren in het overleg met ander stakeholders, zoals ziekenhuizen, huisartsengroepen, verzekeraars en gemeenten.

Het KNGF pleit als vervanging voor de huidige landelijke behandelindex voor de ontwikkeling van een transparante, valide en betrouwbare resultaatindex. Deze index is een goede weergave van de kwaliteit van de geleverde fysiotherapeutische zorg en wordt niet gebruikt als afrekeninstrument. Tot het moment van realisatie van de resultaatindex dient de huidige landelijke behandelindex een indicator te zijn voor overleg.

De behandelindex is gebaseerd op behandelaantallen (kwantitatieve gegevens), waarmee dus geen uitspraak kan worden gedaan over kwaliteit van zorg. Daarvoor zijn kwalitatieve gegevens nodig. Inzage in praktijkvariatie (verschil in behandelaantallen) levert zinvolle informatie op, mits die wordt geplaatst in de juiste context, waarbij bijvoorbeeld samenstelling van de patiëntpopulaties, ernst van de klachten, multimorbiditeit en gezondheidsvaardigheden belangrijke factoren zijn om rekening mee te houden.

In 2019 is overgegaan van een behandelindex per zorgverzekeraar naar één uniforme landelijke behandelindex. Dat is een goede en belangrijke stap in aanloop naar een zogenaamde resultaatindex. In het kader van de bestuurlijke afspraken Paramedische Zorg 2019-2022 werken we sinds 2021/22 aan zo’n resultaatindex.

Om passende zorg te stimuleren vindt het KNGF dat fysiotherapie een aanzienlijk betere positie binnen het zorgstelsel behoort te hebben. Wat betekent dat de aanspraak binnen de basisverzekering veel ruimer moet dan het nu is. Niet alleen verruiming voor chronische aandoeningen maar ook voor de aandoeningen waar het substitutiepotentieel duidelijk is, of zorg waarmee we de werkdruk bij huisartsen kunnen verlichten en integrale zorg stimuleren. Idealiter zonder dat het eigen risico wordt aangesproken. Alleen wanneer fysiotherapie een betere toegankelijkheid heeft binnen de basisverzekering, neemt de samenwerking in de eerstelijnszorg toe en kunnen we met elkaar een goede stap zetten in het leveren van passende zorg.

De totale kosten voor fysiotherapie (basisverzekering en aanvullende verzekering) bedragen ongeveer 1,5 miljard euro per jaar. Ongeveer twee derde van de fysiotherapie is verzekerd in de aanvullende verzekering (1 miljard euro). Circa 500 miljoen euro daarvan valt onder de zorgbegroting van het ministerie van VWS (iets meer dan een half procent van de totale zorguitgaven). De meeste mensen sluiten een aanvullende verzekering af om juist fysiotherapie verzekerd te hebben.

In de afgelopen jaren zien wij een tendens dat de aanvullende polissen van zorgverzekeraars steeds duurder worden en steeds minder behandelingen dekken. Verzekeraars sturen op betaalbaarheid van de aanvullende verzekering door te lage tarieven te rekenen en behandelaantallen naar beneden te brengen (met behulp van de behandelindex). Het KNGF verzet zich daartegen.

Deel jouw ervaringen

We behartigen de belangen van alle fysiotherapeuten en fysiotherapeuten in opleiding. Dat kunnen we niet zonder jouw inbreng uit de praktijk. We nodigen je als lid van harte uit om contact met ons op te nemen. Meld ons wat je belangrijk vindt in jouw werk, welke belemmeringen je ervaart, wat in jouw ogen beter kan – en hoe. Wij nemen jouw ervaringen, signalen en opmerkingen mee in onze overleggen en plannen.

“Door me aan te sluiten bij het KNGF breng ik mijn stem uit en voel ik mij gehoord. We streven allemaal naar waardering, verbeterde arbeidsomstandigheden en nóg belangrijker; passende zorg voor elke patiënt.”

Beroepsstandaard ‘Standpunten ten aanzien van het vakgebied fysiotherapie’

De beroepsstandaard ‘Standpunten ten aanzien van het vakgebied fysiotherapie’ (voorheen ‘Standpunten ten aanzien van therapieën’) is vernieuwd. In de beroepsstandaard staan de tot nu toe formeel vastgestelde standpunten over interventies die (voorlopig) niet tot het vakgebied fysiotherapie behoren, en interventies die (voorlopig) wel tot het vakgebied behoren.

Nieuws